Je hebt het vast wel meegekregen en anders is het goed dat je het nu leest. Shuana, dochter van RKEDO-veteraan Sjaak van der Lee, is geselecteerd door de KNVB voor selectiewedstrijden voor meiden onder de 15. En dat is knap want het talent kan ze onmogelijk van haar vader hebben.
De plek waar je wordt geboren en waar je opgroeit is van groot belang voor je carrière. Zo zal een Nederlander het niet zo snel schoppen tot wereldtopper in het schansspringen en een Algerijn zie ik geen Olympisch goud halen bij het schaatsen. En lichamelijk beperkte sporters hebben meer kans als Nederlander dan als Portugees of Pakistaan. Dat is nu eenmaal zo.
Sjaak groeide op in de Mijze en maakte kennis met de voetbalsport bij Sporting S. Eigenlijk wilde Sjaak helemaal niet voetballen bij Sporting S. maar omdat vader Jaap hem wijs had gemaakt dat de S voor Sjaak stond en hij dus eigenlijk bij Sporting Sjaak ging voetballen was hij om. Toen hij er na jaren eindelijk achter kwam dat de S niet voor Sjaak staat maar voor Schermerhorn was hij zo boos dat hij de overstap maakte naar RKEDO. Voor Sjaak was het toen al te laat. Het eerste was veel te hoog gegrepen laat staan dat er een profcarrière voor hem was weggelegd.
Shuana heeft het geluk dat ze opgroeit in De Goorn want stel dat Sjaak in de Mijzer polder was blijven wonen en dat hij zijn dochter had wijs gemaakt dat ze bij Sporting Shuana ging voetballen, dan was ze vast en zeker nooit geselecteerd door de KNVB. De meiden van RKEDO timmeren immers flink aan de weg en de damestak van RKEDO is groter dan de hele voetbaltak van de omnivereniging uit Schermerhorn. En als je dan zoals Shuana tot de betere voetbalsters uit je team behoort, word je in de gaten gehouden.
Waar het seizoen van Shuana en de meeste andere voetballers allang is begonnen, startte de veteranen van RKEDO pas gisteren. Het duurt wel vaker wat langer bij de veteranen maar deze keer konden we er echt niks aan doen. We zitten in een poule van dertien en daardoor begonnen we vorige week met een vrij weekend. Zo voelde dat niet want gisteren was de eerste keer dat we elkaar weer zagen. Trainen en oefenvoetbal is niet aan ons besteed, als we de schoenen onder binnen is het voor het echie. Aanvankelijk leek onze seizoensouverture prima te verlopen. Polleke strooide met passjes en Frans prikte het eerste doelpunt er al snel in. Daarna bleek het vooral wennen te zijn. Nieuwe spelers als Peter DeDecker en Bas van Efferen moesten worden ingepast en dat vergt enige tijd. Bovendien stond Champ onder de lat omdat Bas nog altijd geblesseerd is en we zitten dit seizoen in een 35+poule in plaats van een 45+poule. Als je dan ook nog bedenkt dat we tegen VV Bergen moesten, een club die pas drie weken bestaat, is het wel duidelijk dat we niet precies wisten waar we aan toe waren. Die onzekerheid resulteerde uiteindelijk in een 1-3 nederlaag. We zien onze eerste wedstrijd dan ook maar als een warming up voor de rest van het seizoen maar één van onze nieuwkomers zag de wedstrijd als warming up voor wat hem ’s middags te wachten stond want na de wedstrijd ging Bas van Efferen effe rennen. Ruim zestien kilometer, van Dam tot Dam. Het zou me niet verbazen als hij is geboren in Kenia.
Geen reactie's